De Stelling: 'Het aantal pilotvelden moet strenger aan banden worden gelegd om geldverspilling te voorkomen' |
|
|
|
|
 |
| 196 sec |
Dit is de eerste aflevering van de rubriek De Stelling in vakblad Fieldmanager. De opzet is dat diverse betrokkenen in elke uitgave van dit vakblad hun mening geven over een min of meer prikkelende stelling. De eerste stelling luidt: 'Het aantal pilotvelden moet strenger aan banden worden gelegd om geldverspilling te voorkomen'.
In het nieuwe kwaliteitszorgsysteem bestaat de term pilotveld overigens officieel niet meer. Er wordt onderscheid gemaakt tussen testvelden en innovatieve velden. De productenlijst kent twee typen velden: testvelden en goedgekeurde velden. Voor testvelden geldt nog steeds de limiet van twee.
Daarnaast bestaat de innovatieprocedure, waarin er geen limiet geldt, maar het aantal aan te leggen innovatieve velden wel goedgekeurd moet worden door de betreffende sportbond en de opdrachtgevende gemeente.
Bas Reinds, directeur Nederland van Domo Sports Grass, geeft zijn visie. André de Jeu en Wim Glaap reageren namens de Vereniging Sport en Gemeenten en Joris van der Cammen geeft een reactie namens adviesbureau Kybys.
 | | Joris van der Cammen, projectleider Kybys |
|
|
'Monitoring en evaluatie van pilotvelden zijn van groot belang'
Tot 1 januari 2023 golden de oude pilotvoorwaarden. Met de komst van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem zijn deze pilotvoorwaarden vervangen door een innovatieprocedure. In de oude pilotvoorwaarden stond beschreven dat er niet meer dan twee velden per innovatief product per leverancier gebouwd mochten worden. In de nieuwe innovatieprocedure staat geen limiet voor het aantal te bouwen velden van een innovatief product. Mijns inziens zou dit heroverwogen moeten worden.
Onduidelijk is ook wat er wordt verstaan onder een innovatief product. Als je dezelfde kunstgrasmat gebruikt maar met een andere shockpad eronder, is er dan sprake van een nieuw innovatief product of een doorontwikkeling van het innovatieve product?
Het is in mijn ogen van groot belang hoe de monitoring en evaluatie van pilotvelden worden vormgegeven. Daarbij zijn een aantal factoren van belang. De eerste vraag is: hoe gedraagt het veld zich in de loop van de tijd? Dit kunnen we objectief beoordelen met sporttechnische testen en keuringen. Vervolgens moet je weten wat de gebruikerservaringen zijn en of die stroken met de uitkomst van de keuringen.
Op basis van de gebruikerservaringen en de uitkomsten van de keuringen kan dan aan het eind van het innovatietraject besloten worden dat het product voldoet en als goedgekeurd op de sportproductenlijst geplaatst kan worden. Mochten de uitkomsten echter niet aan de verwachtingen voldoen, dan kan besloten worden om een nieuwe configuratie te maken van de mat, de shockpad of allebei. Daarmee kan een nieuw innovatietraject worden gestart en er kunnen één of twee velden van worden aangelegd. Dan ben je bezig met innovatie en het doorontwikkelen van producten.
Gemeentes die openstaan voor dit soort innovatietrajecten, zijn zich ervan bewust dat er financiële risico's genomen worden, want de kans bestaat dat een veld niet goedgekeurd wordt. Onderdeel van een innovatietraject is dat er vooraf een plan van aanpak opgesteld wordt door de aannemer. Hierin wordt vastgelegd wie voor welke kosten opdraait, mocht een pilot niet slagen. Hierdoor is er vóór de aanleg inzicht in de financiële situatie van een innovatietraject en is de kans kleiner dat een gemeente aan het einde voor financiële verrassingen komt te staan.
 | | Bas Reinds, directeur Nederland Domo Sports Grass |
|
|
'Duidelijke regels afspreken'
Om innovatie mogelijk te maken en te houden is het van belang dat leveranciers en aannemers ruimte krijgen om pilotvelden te bouwen in samenwerking met opdrachtgevers. Het is belangrijk om hiervoor duidelijke regels af te spreken. In het verleden was de regel dat er één veld gebouwd kon worden als pilot en vervolgens, na een jaar van testen, werd het veld vrijgeven voor de markt. Dit lijkt mij nog steeds de juiste weg om te bewandelen. Je kunt je echter afvragen of één pilotveld voldoende is; daarom zou je hier twee van kunnen maken.
In het verleden zijn er in mijn optiek te veel non-infillvelden gebouwd. We hebben kunnen constateren dat dit proces te snel is gegaan, waardoor er in het land veel van deze velden alsnog verwijderd moesten worden. Buiten het feit dat dit geld kost voor alle betrokkenen, zorgt het ook voor negatieve beeldvorming, wat niet gunstig werkt bij het introduceren van een nieuw product.
 | | Wim Glaap, coördinator VSG-normeringscommissie |
|
|
 | | André de Jeu, directeur VSG |
|
|
'Dankzij de innovatieprocedure kan er nu veel meer. Dat is zeker geen geldverspilling'
Het is belangrijk dat wij uitleg geven over het nieuwe kwaliteitszorgsysteem. Er is nu een duidelijk onderscheid tussen innovatieve velden en testvelden. De innovatieprocedure is er voor een nieuwe categorie sportproducten, die buiten de scope van de handleidingen van het kwaliteitszorgsysteem vallen. Het is belangrijk dat nieuwe sportproducten getest worden. Dat gebeurt natuurlijk in het lab, maar moet uiteraard ook in de praktijk gebeuren, om te ontdekken wat werkt en wat niet werkt.
In het verleden waren er relatief weinig innovaties. Dankzij de innovatieprocedure kan er nu veel meer en dat is zeker geen geldverspilling. Bij kunstgrasvelden, bijvoorbeeld, gaat het dan alleen om het testen van de mat, de shockpad en eventueel de infill. De onderbouw of sporttechnische onderlaag wordt niet als voorschrift meegenomen in deze procedure. Het is van belang dat gemeenten als opdrachtgever van de aannemer een plan van aanpak verlangen, waarin duidelijke afspraken gemaakt worden over wie wat betaalt. Ook de risico's moeten in dit plan benoemd worden, om te voorkomen dat gemeenten straks met de gebakken peren zitten. Zo moet helder zijn wat de producent wil investeren. Zo vindt de VSG dat de kosten voor monitoring altijd bij de producent moeten liggen.
Een andere categorie zijn sportproducten die binnen de scope van de handleidingen vallen. Nieuwe sportproducten die worden aangeboden, krijgen de status 'test'. Het is goed dat het aantal testvelden beperkt wordt tot twee. Het zou niet eerlijk zijn als een bedrijf veel investeert in ontwikkeling en andere bedrijven daarop meeliften. Je hebt voorlopers en meelopers; we moeten voorkomen dat meelopers bijvoorbeeld tien testvelden kunnen aanleggen en zo oneigenlijk gebruikmaken van wat beoogd wordt met het testen.
Het is belangrijk dat wij als VSG gemeenten duidelijk maken hoe zij met het nieuwe kwaliteitszorgsysteem kunnen omgaan.
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
Tip de redactie
|
