Whatsapp Facebook X LinkedIn RSS feed

Hoe zien de hockeyvelden van de toekomst eruit?

ARTIKEL
Facebook Twitter Linkedin Whatsapp
Nino Stuivenberg, vrijdag 17 juli 2020
403 sec


Zand, semiwater en volwater: voor elk een eigen markt

Waterbesparing, algengroei, recycling: het zijn allemaal thema's waar de hockeysport mee te maken heeft. Kunstgrasproducenten spelen daar elk op hun eigen manier op in met nieuwe ontwikkelingen. Vakblad Fieldmanager maakte een belrondje langs de grootste spelers op de hockeymarkt en vroeg hoe zij de hockeyvelden van de toekomst voor zich zien.


Watervelden zijn de laatste jaren hot in de hockeysport, maar tegelijkertijd punt van discussie. Ze verbruiken immers veel water. Wereldhockeybond FIH nam eind 2018 bij monde van voorzitter Thierry Weil een duidelijk standpunt in en wil dat de kunstgrasindustrie werkt aan kunstgrashockeyvelden die geen water meer verbruiken. Weil vreest dat de sport anders weleens zijn Olympische status kan verliezen, omdat landen met watertekort niet zomaar op een waterveld kunnen spelen. Hockey wil niet bekendstaan als een sport waarbij water verspild wordt, en dus is er werk aan de winkel. De vraag is wat voor verandering dit teweeg gaat brengen in de markt voor hockeyvelden.

Antea Sport: zandveld 2.0

We beginnen onze belronde bij Antea Sport. Gosewin Bos, directeur sport bij Antea, ziet in de toekomst alleen nog zandvelden en volwatervelden aangelegd worden in Nederland. Semiwatervelden zijn wat hem betreft een gepasseerd station. Bos: 'Semiwatervelden zijn op een haar na dood, door alle problematiek van algengroei en beregening. Voor mij zijn semiwatervelden een goed probeersel geweest, maar dat moet je anno 2020 niet meer willen. In principe leggen wij ze ook niet meer aan, tenzij het wordt opgedrongen in een bestek. Als wij bij een vereniging zitten en bespreken welke opties er zijn qua veld, raden we semiwater ernstig af. De afgelopen twee jaar hebben we ook geen semiwatervelden meer aangelegd.'


Gosewin Bos, Antea Sport
Zowel op het gebied van zand- als volwatervelden heeft Antea met Edel Grass nieuwe ontwikkelingen. In 2019 leverde het bedrijf in Den Haag een veld op met Fieldflow: een waterveld zonder beregening. Voor dit project is een kunstgrasmat van Edel Grass speciaal geprepareerd. Sensoren naast het veld meten het waterniveau en zorgen dat de mat constant nat blijft door hem van onderaf nat te houden. Bos: 'De toekomst van watervelden zit volgens mij vooral in e-layers en waterterugwinsystemen, zoals wij in Den Haag hebben aangelegd. De aanschafprijs van Fieldflow is nu nog te hoog voor andere clubs, maar wij ontwikkelen het idee door. Het Fieldflow-veld in Den Haag was echt een pilot, en die is geslaagd.' Ook met zandvelden heeft Edel Grass zo'n ontwikkeling: het zandveld 2.0. Dit veld heeft een hogere speelsnelheid en minder opspringend zand dan traditionele zandvelden. Elders in deze uitgave is in een advertorial meer te lezen over dit zandveld 2.0.

In Nederland wordt nauwelijks nog semiwater aangelegd, internationaal juist veel

CSC Sport-Greenfields: haalbare en betaalbare systemen

Matthijs Verhoef van CSC Sport-Greenfields vertelt dat zijn bedrijf nog wel semiwatervelden aanlegt, ook in Nederland. 'Semiwater is op zijn retour, maar dit jaar hebben we er wel een aantal aangelegd. Voor clubs is dat dan puur een kostenoverweging. Als je al een zandveld hebt liggen, kun je dat ombouwen naar een semiwaterveld zonder dat je de ondergrond hoeft aan te passen. Bovendien zien verenigingen een semiwaterveld nog steeds als een opwaardering vergeleken met een zandveld. Er zijn ook steeds meer verenigingen die zo'n veld aanleggen zonder beregening. Ik denk dat semiwater in de toekomst wel minder gaat worden. Er wordt veel omgebouwd.'


Matthijs Verhoef, CSC Sport-Greenfields
Volgens Verhoef is CSC Sport-Greenfields ook bezig met de nieuwe generatie volwatervelden - niet zozeer met een nieuw type vezel of mat, maar meer met een nieuwe constructie. 'Er zijn inderdaad initiatieven geweest waarbij watervelden van onderaf water krijgen, zoals in Den Haag. Dit principe is zeer moeilijk uitvoerbaar en zeer prijzig. Op dit moment kijken wij naar wat haalbaar en betaalbaar is. We zijn bezig met de ontwikkeling van gesloten constructies. Hierbij wordt het regenwater van een volledig veld opvangen en dan teruggevoerd naar een waterberging, tanks of kratten voor beregening. Je kunt dan veel winst halen op het gebied van waterverbruik door het op te vangen steeds te hergebruiken. Het water dat valt, vang je op en je zorgt dat dit jaarrond kan worden gebruikt. Natuurlijk kun je dat nooit helemaal sluitend krijgen, tenzij je meer dan 100 kuub aan tanks in de grond legt. Maar je kunt op basis van de historische neerslag wel berekenen hoeveel er kan worden teruggewonnen voor beregening en hoeveel er daarna nog nodig is. Dat is al een heel grote stap verder. Waterschappen zijn ook blij als je een buffer creëert met zo'n volwaterveld en niet alles direct loost op het oppervlaktewater. Dit is voor veel gemeenten ook de reden waarom zij dat soort projecten aanvragen. In 2020 gaat CSC Sport op twee complexen waterberging en waterbeheer toepassen, waarmee deze twee verenigingen volledig selfsupporting worden op het gebied van hun waterbehoefte. Dit zal in de toekomst steeds vaker een wens zijn van opdrachtgevers. Daarnaast kan je verder denken dan het veld alleen te gebruiken voor sport. Zo zijn er initiatieven waarbij de warmte van het veld gebruikt wordt voor het opwekken van energie.'

Fieldturf-Tarkett: een nieuwe term, het non-waterveld

Ook voor Fieldturf-Tarkett zijn semiwatervelden in Nederland eigenlijk op sterven na dood, vertelt directeur Knottnerus. 'Niet doordat de velden niet voldoen, maar doordat het prijsverschil met een waterveld tegenwoordig nihil is. Semiwatervelden waren er voor clubs die een waterveld wilden, maar niet genoeg budget hadden. Maar de prijzen van semiwatervelden en watervelden zijn nagenoeg gelijk geworden, en dat heeft het product de nek omgedraaid.' Knottnerus denkt ook dat een nieuwe generatie zandvelden kans heeft in de huidige markt. 'Het idee om zandvelden minder zanderig te laten zijn, is voor hockey erg belangrijk. Ik geloof ook wel dat er een markt voor is en blijft. Sportbreed zijn we er bovendien heel erg bij gebaat om meer te kijken naar combigebruik. We moeten kijken naar een kunstgrasveld dat multisport mogelijk maakt, waar je naast hockey ook voetbal op kunt spelen. Zeker gezien de discussie over microplastics op voetbalvelden verwacht ik dat combivelden hun intrede zullen doen. Die systemen zijn al op de markt, maar worden nu nog vooral in Duitsland en Engeland toegepast.'


Arjan Knottnerus, Fieldturf-Tarkett
Ook Fieldturf-Tarkett werkt nog aan de ontwikkeling van een waterveld zonder water. Arjan Knottnerus noemt dit een 'non-waterveld', zoals er in de voetbalsport non-infill-kunstgrasvelden zijn. Hij vertelt: 'De ontwikkeling van nieuwe watervelden moet zich richten op het minimaliseren van het waterverbruik, maar wel met matten die de balsnelheid en loop hebben van een normaal waterveld. Wij zijn zelf op garengebied met een ontwikkeling bezig die het waterverbruik zal beperken. Met de schokdempende ondergrond, de e-layer, valt mogelijk ook winst te behalen. Maar dit is nog toekomstmuziek; het zijn geen ontwikkelingen die al op de plank liggen.' Knottnerus ziet minder heil in wateropvang- en retentiesystemen. 'Wateropvang is goed, maar op momenten dat je het water echt nodig hebt, is het maar de vraag of je genoeg opgevangen hebt om in de vraag te kunnen voorzien. De ideeën zijn prima, maar ik betwijfel of er genoeg is als je het echt nodig hebt.'

Domo Sports Grass: normen zijn hard nodig

Waar semiwatervelden in Nederland wellicht op hun retour zijn, is dat internationaal helemaal niet het geval. Jean Willems van Domo Sports Grass: 'In het Verenigd Koninkrijk, waar veel op school gesport wordt, liggen veel semiwatervelden. Watervelden zijn daar te duur. Ook voor Afrika en Latijns-Amerika geldt dat overstappen naar een semiwaterveld al een grote sprong voorwaarts is. In Nederland, België en Duitsland zien we wel dat de grootste vraag uitgaat naar watervelden. In Nederland is het prijsverschil tussen volwater en semiwater niet zo groot, omdat de velden op lava of zelfs foam gebouwd worden. Internationaal is dat vaker op asfalt of met een e-layer, waardoor het prijsverschil zo 150 tot 200 duizend euro bedraagt. De beste watervelden liggen dan ook niet in Nederland.' Puur zandgevulde velden ziet Willems weinig meer gebouwd worden. 'Twintig jaar geleden was dat de norm, maar die zijn mijns inziens bijna volledig verdwenen. Er wordt vooral semiwater en water gebouwd, waarbij de verhouding verschilt per regio.'


Jean Willems, Domo Sports Grass
Als het op de nieuwe generatie watervelden aankomt, is Willems kritisch op wereldhockeybond FIH. Volgens Willems hebben de kunstgrasfabrikanten duidelijke normen nodig waarbinnen zij kunnen zoeken naar een waterveld dat geen water meer nodig heeft. 'We staan op een kruispunt en weten niet welke richting we uit moeten. Er moeten duidelijke normeringen komen; dan pas kunnen we iets zonder water zoeken. Nu is dat heel moeilijk, want de normen bestaan niet bij FIH of KNHB. Kijk bijvoorbeeld naar de glijdende tackle: op een waterveld kan dat, op semiwater niet. Het probleem is dat er geen normen zijn om de slidingvriendelijkheid te meten.' Volgens Willems moeten die normen dan vooral worden toegespitst op de mat en niet op de hele constructie. 'Ze moeten een norm opstellen voor de onderbouw en een voor de mat. Momenteel voldoet een mat met 1 mm water en een e-layer al aan de norm voor balbots, want met een shockpad kun je die meting heel erg beïnvloeden. Maar als ik internationals vraag wat ze belangrijk vinden aan een mat, staat balbots onderaan. Wel willen ze veilig kunnen glijden en moet de bal dit ook kunnen doen. Zij willen niet hockeyen op een mat met 1 mm water. Zo kom je niet verder; je houdt jezelf voor de gek en dat moeten we niet doen. Vandaag de dag leggen wij wel watervelden aan, vooral in Duitsland, het VK en België, waarbij het waterverbruik met 70 procent wordt gereduceerd, maar daar hangt een prijskaartje aan dat men in NL nog niet echt wenst te betalen.'

'Er wordt nu vooral gekeken naar de mat, maar er zijn veel factoren die ook een verschil kunnen maken'

Lano Sports: kijk naar het hele systeem

Ook Lano Sports legt in het buitenland nog veel semiwatervelden aan, vertelt Chris Vandenborre van het bedrijf. 'Wat betreft semiwatervelden is er in Nederland een duidelijke tendens: het is bijna een doodgeboren kind geworden. Dat komt onder andere door de onderhoudsproblematiek die in het achterhoofd meespeelt. Maar internationaal zijn semivelden misschien wel de velden die we het meest aanleggen.' Een revival van zandvelden ziet Vandenborre niet snel gebeuren. 'Enkel in Nederland komen zandvelden nog wat vaker voor. Kijk ik naar België en andere omringende landen, dan zie ik dat er vooral watervelden en semiwatervelden aangelegd worden.'



Chris Vandenborre, Lano Sports

Lano Sports heeft al een systeem ontwikkeld dat je droog kunt gebruiken en dat de speeleigenschappen heeft van een semiveld, maar dan zonder de onderhoudsproblemen. Dat veld is FIH National-gekeurd. Vandenborre benadrukt dat de ontwikkeling van een 'droogwaterveld' niet op zichzelf staat: het gaat om het complete systeem. 'Er wordt nu vooral gekeken naar de mat, maar er zijn veel factoren die ook een verschil kunnen maken. Spelers moeten zich ervan bewust worden dat het spel niet meer hetzelfde zal zijn. Met een droog veld zal het spektakel van tophockey deels verloren gaan. Aan dat verwachtingspatroon wordt gewerkt. En er wordt nagedacht over aangepaste kledij: misschien moeten alle spelers dan wel een legging dragen en lange mouwen hebben. Of we bepaalde elementen van de stick aanpassen, om het contact met het oppervlak gladder te laten verlopen. Het moet dus van verschillende kanten komen en die evolutie heeft tijd nodig. Wij als fabrikanten kunnen niet binnen vier of acht jaar een perfect droogwaterveld realiseren. Ik denk eerder dat we binnen een of twee decennia langzaam naar een compromis zullen werken.'

Vandenborre ziet bij het realiseren van waterbesparing tevens een kans voor wateropvang- en -retentiesystemen. 'Alle kunstgrassportvelden hebben daarvoor veel potentie, dus hockey ook. Door te kiezen voor bijvoorbeeld een Permavoid-systeem in plaats van een klassieke fundering, maak je een waterbuffer onder het speelveld. Wij hebben hier nu een aantal projecten mee lopen, al zijn de systemen nog vrij duur. Maar in de toekomst zie ik daar een fantastische meerwaarde in. Je hebt niet enkel water beschikbaar om hockeyvelden mee te beregenen, maar ook een gigantische buffercapaciteit om voor andere doeleinden in te zetten. En het helpt om de belasting op je waterafvoersystemen te verminderen. Gemeenten kiezen nu nog vaak voor zo goedkoop mogelijk bouwen, maar ze kunnen er baat bij hebben om in deze andere richting te denken met een nieuwe fundering.'

Om te kunnen reageren moet je zijn ingelogd.   LOGIN   of maak gratis een account aan.

REACTIES
Ewoud van de Wetering
Friday 17 July 2020
Alle problemen met semi-watervelden en vervuiling zijn bewezen volledig opgelost. Daar geven wij 100% garantie op in heel Europa. Algavelan Nederland.

download artikel

Tip de redactie

AGENDA
Sport Innovatiedagen Milati en partners
woensdag 22 mei 2024
t/m donderdag 10 oktober 2024
Spoga+gafa Keulen
zondag 16 juni 2024
t/m dinsdag 18 juni 2024
Kennisdag over natuurinclusieve sportlocaties
woensdag 26 juni 2024
t/m woensdag 26 juni 2024
Groentechniek Holland 2024
woensdag 11 september 2024
t/m zaterdag 14 september 2024

ONDERDELEN
Archief
Dossiers
GIP
OVER ONS
Over ons
Duurzaamheid & NWST
Contact
Het team
ADVERTEREN EN ABONNEREN
Fysiek abonnement
Digitaal abonnement
Abonneren nieuwsbrief
Adverteren
Verschijningsdata
MEER
Redactionele spelregels
Algemene voorwaarden
Disclaimer
Privacy
Cookies
ONDERDELEN
OVER ONS
ADVERTEREN EN ABONNEREN
MEER