'Kunstgrasveld kan schoon lijken, totdat de ellende letterlijk komt bovendrijven' |
|
|
|
|
 |
| 229 sec |
Onderhouden is beter dan genezen
'Waarom zouden we onderhoud doen? Ik zie geen verschil.' Het is precies die instelling die veel clubs duur komt te staan. Silica Nova weet: preventie is altijd goedkoper dan herstel. Eigenaar Bastiaan Doornewaard adviseert: 'Zorg als club dat je de onderhoudsbasis op orde hebt, en luister vooral naar je - al dan niet vrijwillige - vakmensen die dagelijks op het veld staan.'
| Met intensief borstelen en rechts zonder borstelen |
Onder de zichtbare laag infill speelt een wereld van processen. Vervuiling hoopt zich op tussen de vezels en vormt een plakkerige biologische massa. Algen, mos en micro-organismen bouwen zich op. Als je niet reinigt, raakt de toplaag verstopt, vermindert de waterdoorlatendheid en ontstaan gladheid, overmatige vervuiling en zelfs geurproblemen. Dan moet je als club soms drastisch ingrijpen met intensieve en dure herstelmaatregelen. Volgens gespecialiseerde aannemers is dat niet in alle gevallen nodig als er eerder aan de bel wordt getrokken of ingegrepen, te beginnen met goed en regelmatig onderhoud. Maar hoe kwalificeer je 'goed' en 'regelmatig'? Dit vakblad vraagt aan Bastiaan Doornewaard, eigenaar van onderhoudsbedrijf Silica Nova hoe een effectieve onderhoudschecklist voor kunstgras eruitziet. Want al te vaak wordt er pas ingegrepen als het al te laat is, terwijl dat onnodig en kostbaar is. Doornewaard ziet vaak wat voetbal-, hockey- en tennisclubs over het hoofd zien en vertelt hoe dat voorkomen kan worden.
Vijf onmisbare punten op elke checklist
Volgens Doornewaard zijn er vijf controlepunten die elk sportpark, ongeacht sport of veldtype, standaard zou moeten meenemen in de maandelijkse onderhoudsroutine. 'Punt één: organische vervuiling, zoals bladeren, grassen en ander organisch materiaal. Bladblazen en opruimen lijkt simpel, maar is cruciaal. Als blad een paar weken in de hoeken van een veld blijft liggen, veroorzaakt dit veel organisch materiaal (voedingstoffen) in het onderliggende kunstgras. Ten tweede moet je wekelijks of tweewekelijks borstelen. Dit wordt vaak onderschat. Het is net als met het regelmatig vegen van een stoep: dat doe je tegen vuil, maar ook tegen onkruid. Bij regelmaat vegen (in beweging brengen) groeit het niet zo snel dicht, maar alles wat stil ligt, wordt vies en kan groeien. Ten derde moet je denken aan de kwaliteit en de verdeling van de infill. Doe bij voetbal wekelijks een check van het doelgebied en de penaltystippen en vul die bij. Doe dat bij hockey bij de hoeken (strafcorners) en de cirkels. En doe maandelijks een check van de baselines bij tennis en vul die bij. Op die plaatsen ontstaat de meeste slijtage. Regelmatig bijvullen is essentieel op stressplekken die worden leeggelopen; anders worden ze stukgespeeld of stukgelopen.'
 | | Na en voor onderhoud |
|
|
Doornewaard bevestigt wat Ed Korstanje van J&E Sports aanstipte in een eerdere Fieldmanager-publicatie: een vakman kijkt naar een veld met oog voor detail. Om ervoor te zorgen dat ook ongetrainde ogen kunnen helpen in het onderhoud, noemt hij nog twee punten van de checklist: 'Punt vier: check de naden en verlijmingen: zijn de naden nog intact en functioneel? Vooral na de winter of na een druk speelseizoen moet je dat controleren. Verschuivende matten en losse naden zijn vaak het begin van grotere schade. Wees ook alert op de borstel- en losmaakfrequentie: infill of niet, een veld moet regelmatig geborsteld worden om compactie en vervuiling te voorkomen. Borstelen is het onderhoudsritueel dat nooit mag ontbreken! Tot slot punt vijf: maak een eenvoudig onderhoudsschema voor het indelen van verantwoordelijkheden en frequenties. Wie doet wat en wanneer? Zijn bladblazen, borstelen en visuele controles vastgelegd in een planning en wordt de naleving daarvan gecontroleerd? Als iedereen meehelpt en zijn taken kent, blijft het veld in principe (langer) schoon.'
|
|
'Vaak is het idee van hogerhand: er is geen zichtbare overlast, dus waarom zouden we ingrijpen?'
| |
|
 | | Bastiaan Doornewaard |
|
|
Uitgestelde overlast
Vaak is het idee van hogerhand: er is geen zichtbare overlast, dus waarom zouden we ingrijpen? Veel clubs hechten waarde aan visuele netheid. En een groen veld is toch een schoon veld? Niet per se, legt Doornewaard uit. 'Een veld kan aan de oppervlakte prima lijken, terwijl de vervuiling dieper zit. Dan word je erdoor verrast bij de eerste regenbui.' Hij geeft een treffend voorbeeld: 'We hadden onlangs een situatie aan de hand met twee hockeyvelden. Veld 1 leek in de ogen van de club vuil en werd acuut schoongemaakt. Veld 2 was volgens de club nog prima. Totdat het regende en de ellende op veld 2 letterlijk en figuurlijk kwam bovendrijven. Dat soort uitgestelde overlast zie je niet altijd aankomen, maar je kunt het risico wel beter inschatten als je als bestuur goed luistert naar de onderhoudsmensen, die de velden het hele jaar door onder alle weersomstandigheden zien.' Doornewaard wijst ook op Google Maps-beelden: 'Als de hoeken van een veld op satellietfoto's al donker(groen) kleuren, moet dat op het veld zelf al weken merkbaar zijn. Maar vaak grijpt men pas in als de schade zichtbaar en voelbaar is.'
|
|
'Wie niet naar de groundsman luistert, loopt achter de feiten (en de algen) aan'
| |
|
Belangrijkste punt checklist: interne communicatie
Wat clubs vaak vergeten volgens Doornewaard, is interne communicatie. 'Daarom is de eerste vraag op de ideale checklist volgens mij: is er regelmatig intern overleg tussen groundsman en bestuur? Nemen beide partijen elkaar daarbij serieus en wordt er gezocht naar een gemeenschappelijke taal voor oplossingen? Doornewaard pleit voor regelmatige interne evaluaties van het veld, het park en de omgeving. Het is nuttig om een gezamenlijk rondje te plannen vlak nadat het heeft geregend. 'Pas dan zie je echt waar de knelpunten liggen. Veel besturen zijn druk met de kantine, nieuwe bankjes of de website, maar ze vergeten het belangrijkste: het veld zelf. Want als daarop niet gespeeld kan worden, zijn er ook geen inkomsten.'
Verrassingen ondanks goed onderhoud
Zelf wordt Doornewaard ook weleens verrast. 'Begin dit jaar nog, een club in de Achterhoek met goed onderhouden tennisbanen. Nieuwe borstel, strak onderhoudsschema. En toch stonden de banen na twee dagen regen blank.' De oorzaak was niet duidelijk, zelfs niet na laboratoriumonderzoek naar de korrelgrote en -verhouding en de vervuiling. Ook zat het veld technisch binnen de normen. 'Het voldeed aan alle eisen, maar functioneerde toch niet zoals het zou moeten. Pas na revitalisatie met nieuw zand was het probleem opgelost. Zo zie je maar: je kunt als club alles op orde hebben, maar soms heb je gewoon pech. Dat gebeurt ook weleens als je een auto koopt en netjes alle onderhoudsbeurten laat uitvoeren.'
|
|
'Stel het veld centraal. Als daarop niet gespeeld kan worden, zijn er ook geen inkomsten'
| |
|
Foute aannames en budget
Als het misgaat, komt dat met name doordat men bij de club in kwestie structureel een aantal denkfouten maakt, ziet Doornewaard. 'Ze denken: we zien geen vuil, dus er is geen vuil. Maar vervuiling zie je niet altijd direct. Zeker in droge periodes ligt het sluimerend te wachten op een nat moment. Of ze denken: onze leverancier adviseert het, dus het klopt. Maar die adviezen zijn vaak aannames gebaseerd op een momentopname, terwijl de praktijk grilliger is. Doornewaard concludeert: 'Zie onderhoud niet als een kostenpost, maar als een investering in kwaliteit, veiligheid en levensduur.'
| LOGIN
met je e-mailadres om te reageren.
|
|
|
| Er zijn nog geen reacties. |
|